De verschillende gebouwdelen zijn weer zichtbaar gemaakt door het verwijderen van latere toevoegingen en niet-functionele invullingen. De productiehallen en assemblagevloeren zijn in de staat gehandhaafd waarin ze werden achtergelaten. Bij de herindeling is de openheid van het fabriekscomplex zoveel mogelijk behouden. De installaties zijn in het zicht gehouden en deels hergebruikt. Het complex is waar mogelijk verduurzaamd: er is isolerend monumentenglas aangebracht en de daken zijn geïsoleerd.Een paar strategische architectonische ingrepen hebben het complex geschikt gemaakt voor het nieuwe gebruik: een nieuwe entree voor de HKU met grote taatsdeur in het hart van het complex, een nieuwe centrale trap naar de onderwijsruimtes op de eerste verdieping, stalen tochtsluizen ter plaatse van de horeca entrees. Door oude doorgangen en ramen weer te openen is doorzicht naar andere delen van het complex en naar de Vaartsche Rijn mogelijk geworden. Aan de zuidwestzijde van het complex zijn voor de restaurants grote nieuwe gevelopeningen gemaakt en een terras aan het water.